zondag 30 september 2007

Icefield Parkway

Donderdag 27 september

Vanochtend zijn we vroeg opgestaan om de tijd te hebben voor onze tour over de Icefield Parkway van Jasper naar Lake Louise (230 km, gebouwd tussen 1931 en 1940 door bouwvakkers die werkloos waren tijdens de grote Depression.). We hebben allebei een barstende koppijn, waarschijnlijk door de enorme kou die we te verduren hebben. Maar aspirines doen wonderen!
Als we wegrijden horen we geweien tegen elkaar kletteren en we zien wat mensen staan kijken. Twee mannetjes-elks zijn met elkaar in gevecht aan de rand van de camping. Het gaat er hard aan toe en ze laten zich door niets en niemand storen. We kunnen op ons gemak foto’s en film van ze schieten. Het gevecht om de vrouwtjes kan wel uren duren.

De eerste stop op de Icefield Parkway is bij de Athabasca Falls. Dit is een waterval van 23 meter en is de krachtigste waterval die in de parken te vinden is. Het is een drukte van belang. Busladingen met Chinezen, Japanners en grijze plaag bevolken de geasfalteerde paden rond de watervallen. Onderweg naar de volgende stop komen we hagelwitte langharige Mountain Goats en Bighorn Sheeps tegen.
Deze stop is bij de Sunwapta Falls. De naam Sunwapta is de Stoney-Indiaanse term voor “turbulente rivier”. Deze waterval is 60 meter hoog en perst zich door een zeer nauwe kloof.
Stop nummer 3 is bij de beroemde Columbia Icefields, de grootste aaneengesloten ijsvlakte buiten de Noordpool. Het is echter niet al te best weer. Er waait een ijskoude, keiharde wind, die je de adem beneemt en de tranen uit je ogen doet lopen en het is erg grijs weer. Dik ingepakt lopen we toch naar de voet van de gletsjer, onderweg meerdere merktekens passerend die aangeven hoe ver de voet van de gletsjer in het verleden in het dal reikte. In enkele tientallen jaren heeft de gletsjer zich vele honderden meters teruggetrokken. We lopen een klein stukje de ijsvlakte op, maken toch maar wat foto’s en gaan als een speer weer terug naar de warme RV.
Dan verlaten we Jasper NP en rijden Banff NP binnen. We passeren de Big Bend, een plotselinge breuk in de dallijn, waar de weg een spectaculaire bijna 360 graden draai maakt. Zien de Weeping Wall, een loodrechte rotswand waar tientallen watervalletjes langs stromen. Stoppen even bij de Saskatchewan Crossing, een plaats waar drie rivieren samenkomen en rijden dan verder om een verwonderde blik op het Peyto meer te werpen. De kleur van dit bergmeer zie je normaal alleen maar op ansichtkaarten, maar hier zie je het in het echt, superblauw!
In Lake Louise, een heel klein dorpje vlak bij het beroemde meer met de zelfde naam zoeken we een camping op. Een van de laatste campings die nog open is. Bijna alles is vanaf begin september al gesloten. We borrelen op de picnictafel naast de RV en een brutale Black-billed magpie (vogel die een beetje op een ekster lijkt) eet bijna chips uit de hand! In Lake Louise Village gaan we lekker eten in een van de weinige restaurants. Het is weer het geijkte ‘junkfood’, maar het smaakt ons prima vandaag. Morgen doen we wel weer even gezond…

1 opmerking:

Roos zei

Wauw! Wat zien jullie weer veel geweldige natuur!!!!!
Jullie zoeken wel heel erg mooie plekken uit!

Dat blauwe meer is echt waanzinnig!

Groetjes en veel plezier nog!!!! Roos&Alfons